Er zijn verschillende communicatiemodellen.
Communicatiemodellen worden vaak samengevoegd met marketingmodellen, dit omdat ze vaak veel met elkaar te maken hebben. We gaan het hier uitsluitend hebben over communicatiemodellen.
Communicatiemodel van Lasswell
Het communicatiemodel is een klassiek zender-ontvanger model en wordt hedendaags nog veel gebruikt. Het is een eenrichtingsproces binnen de communicatie.
Het model beschrijft wie iets zegt, wat die persoon zegt, via welk kanaal de boodschap overgebracht wordt, voor wie de boodschap is bedoeld en welk effect deze boodschap heeft.
Het model kan goed gebruikt worden bij het opstellen van een communicatieadvies voor organisaties. Door alle vijf vragen te beantwoorden uiteraard.
Communicatiekruispunt van Van Ruler
Het communicatiekruispunt van Van Ruler is bedoeld om organisaties communicatiestrategieën te laten implementeren.
Ze zijn verdeeld in 4 strategieën.
Informering
Deze strategie gaat over het informeren. Mensen aan het denken zetten om vervolgens een mening te vormen. Het gaat erom dat het bericht zo goed mogelijk past bij de vooraf vastgestelde doelgroep.
Overreding
Deze strategie gaat over kennis, houding en gedrag. Het overtuigen van een mening en kennis geven is erg belangrijk hierin. Hierdoor wil de organisatie ook de houding of het gedrag van de doelgroep positief beïnvloeden.
Dialogisering
In de dialogisering wil de organisaties verschillende meningen in kaart brengen d.m.v. overleggen. Deze overleggen vinden vaak plaats met stakeholders of intern. Door meningen duidelijk te maken willen ze eventuele problemen oplossen.
Formering
In de formering is de afstemming met stakeholders erg belangrijk. Het helpt met het omgaan met ontevreden stakeholders, zodat relaties stand blijven houden. Compromissen sluiten is een groot deel van formering.
AIDA model
Het AIDA is een vier stappen model dat je doelgroep tot actie over moet laten gaan.
A (attention)
Hier wordt de doelgroep onderworpen aan een boodschap. In de eerste fase moet de boodschap worden opgemerkt en de doelgroep nieuwsgierig worden.
I (interest)
In de tweede fase moet de een positieve indruk achterlaten aan de doelgroep. Voordelen of verkoopargumenten noemen werkt meestal erg effectief. Hierdoor wek je interesse op bij de doelgroep en wordt de kans tot aankoop groter.
D (desire)
In de derde fase wordt de interesse van stap 2 omgezet worden in verlangen. De doelgroep overtuigen dat het product relevant voor ze is en dat ze het nodig hebben is hierbij erg belangrijk.
A (action)
Het aanzetten tot actie is de laatste stap in het communicatiemodel. Dit kan bijvoorbeeld door de stappen van het kopen van het product te benoemen. Een call to action is hierbij erg nuttig.